Nieuwe renovatie- en EPC-normen in Vlaanderen

12 Maart 2024
Nieuwe renovatie- en EPC-normen in Vlaanderen

Minimaal maatregelenpakket – RENOVATIE VERPLICHTING VOOR NIET-RESIDENTIELE GEBOUWEN - VLAANDEREN

 

Dakisolatie
Als voor dakisolatie de minimale R-waarde van 0,75 m²K/W niet gehaald wordt, moet dakisolatie met een maximale U-waarde van 0,24 W/m²K geplaatst worden. 
De keuze voor dakisolatie is geïnspireerd op de dakisolatienorm. Die norm geldt al langer voor woningen om een minimale woonkwaliteit te garanderen.

Beglazing
Als enkel glas aanwezig is, moet u dat vervangen door beglazing met een maximale U-waarde van 1 W/m²K. 
De keuze voor isolerende beglazing is geïnspireerd op de dubbelglasnorm. Die norm geldt al langer voor woningen om een minimale woonkwaliteit te garanderen en de energievraag terug te dringen.

 

Verwarming
Alle centrale opwekkers voor ruimteverwarming die ouder zijn dan 15 jaar moeten vervangen worden, tenzij u kunt aantonen dat de installatie aan de minimale installatie-eisen voor renovatie voldoet. 
Als er een aardgasnet aanwezig is in de straat, mag een stookolieketel niet vervangen worden door een nieuwe stookolieketel.
Met deze maatregelen verbeteren we de efficiëntie en verminderen we de CO2-uitstoot van de verwarmingsinstallatie.

Koeling
Alle koelinstallaties die ouder zijn dan 15 jaar en gebruik maken van koelmiddelen op basis van ozonafbrekende stoffen of koelmiddelen met een GWP-waarde van 2500 of hoger, moeten vervangen worden door koelinstallaties die geen gebruik maken van die schadelijke koelmiddelen. 
Daarmee bouwen we verder op Europese regelgeving, namelijk het verbod op het gebruik van koelmiddelen op basis van ozonlaagafbrekende stoffen in nieuwe koelinstallaties sinds 2004. En het verbod op het vullen van koelinstallaties op basis van diezelfde stoffen sinds 2015.

Het minimale maatregelenpakket geldt enkel voor de individuele onderdelen van de gebouweenheid die overgedragen wordt. Onderdelen van gebouweenheden die niet overdragen worden of collectieve onderdelen (bv. gemeenschappelijke dakdelen, installaties die ook andere eenheden koelen of verwarmen) moeten niet aangepakt worden.

DEFINITIE GEBOUWEENHEID 
De kleinste eenheid binnen een gebouw die zelfstandig kan functioneren en een eigen afsluitbare toegang heeft vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde circulatieruimte. Een gebouweenheid moet geschikt zijn voor woon-, bedrijfsmatige, of recreatieve doeleinden of een gemeenschappelijk deel zijn.

 

MINIMAAL ENERGIELABEL – EPC

Vanaf 1 januari 2023 moet naast het minimale maatregelenpakket de gebouweenheid binnen de 5 jaar na verkoop (en andere overdrachten (open definitie)), erfpacht en opstalrecht, een minimaal aandeel hernieuwbare energie van 5% (of label E) behalen. Het label moet worden aangetoond met een energieprestatiecertificaat voor niet-residentiële gebouwen.

Als eigenaar kunt u zelf beslissen welke extra maatregelen u neemt om het energielabel te behalen. Op die manier bepaalt u zelf welke maatregelen het meest kostenefficiënt zijn of het best passen bij de energetische renovatie van uw pand. Niet-residentiële gebouwen hebben immers uiteenlopende kenmerken en verschillen sterk in gebruik: niet alle isolatiemaatregelen of installatietechnieken zijn even efficiënt voor elk gebouw.

De labelverplichting geldt enkel als de gebouweenheid deel uitmaakt van een niet-residentieel gebouw dat in totaliteit verkocht wordt.

 

Informatief en niet-bindend document.

Bronhttps://www.vlaanderen.be/bouwen-wonen-en-energie/niet-residentiele-gebouwen/verplichtingen-voor-niet-residentiele-gebouwen/renovatieverplichting-voor-niet-residentiele-gebouwen

 

 

Powered by Apik